Het was Toon Aerts die na de lange startstrook als eerste de modder indook. In zijn spoor volgden Wereldkampioen Wout Van Aert en Europees Kampioen Mathieu van der Poel gezwind. De weergoden zorgden ervoor dat meerdere passages werden omgetoverd tot heuse modderpoelen. De eerste baggerzone was meteen het sein voor van Aert om de gas een eerste keer open te draaien. Grote rivaal van der Poel reed zich vast en moest enkele posities prijsgeven. Van Aert trok door en kreeg Laurens Sweeck mee in zijn zog.
In ronde twee dichtte van der Poel het kleine kloofje met al de andere toppers in zijn spoor. Alleen Lars Van der Haar ontbrak. De Nederlander miste zijn start en keek na twee ronden al tegen een achterstand van 31 seconden aan. Meteen het signaal voor van der Poel om eens aan de boom te schudden. De kopgroep brak in twee en alleen van Aert, Aerts, Michael Vantourenhout, Tim Merlier en Corné Van Kessel konden mee.
Toch was het tempo voorin nog niet hoog genoeg voor man van het seizoen van der Poel en hij joeg het tempo met een ruk de hoogte in. Van Aert had zich laten weg drummen en keek met zijn metgezellen al snel tegen tien seconden achterstand aan. Van Aert bewoog hemel en aarde maar de vogel was gaan vliegen. Iets over halfweg cross was de voorsprong van van der Poel, op eerste achtervolgers van Aert en Aerts, al opgelopen tot 20 seconden.
Van der Poel consolideerde zijn voorsprong en soleerde op die manier naar zijn 20e zege van het seizoen. Wereldkampioen van Aert werd op 35 seconden tweede. Aerts mocht als derde mee op het podium.
