De Nederlander gooide zaterdag pas voor het eerst in Essen de handen in de lucht als winnaar. “Mede door pech en nog nooit een superdag kon ik hier nooit voluit mijn kansen verdedigen. Leuk dat het vandaag lukt”, stelde hij na de wedstrijd. “De voorbije tien à twaalf dagen kon ik op stage mijn ding doen. Nu heb ik weer nood aan crossen, meer dan aan duurtrainingen. Mijn basis is terug opgebouwd. Het is altijd moeilijk inschatten na zo’n stage, maar om dit temporondje was ik erg blij.”
Laurens Sweeck maakte er een spannende wedstrijd van tot over halfweg, want hij bleef druk zetten op de Europees kampioen. “Ik heb me in ieder geval voor de volle honderd procent gegeven, want Laurens maakte een bijzonder sterke indruk vandaag. Top ben ik nog niet, maar ik was goed genoeg”, klonk het. In de eerste ronden sloop thuisrijder Tom Meeusen weg, ploegmakker van der Poel hield in. Een afgesproken plannetje? “We hebben het niet echt gepland, maar de situatie leende er zich toe. Voor Tom is dit een belangrijke dag, dus het had mooi geweest. Spijtig dat hij pech kende en deze week wat ziekjes was, want anders deed hij hier zeker mee voor het podium. Ik denk dat Tom een goede tweede seizoenshelft gaat rijden.”
De Europees kampioen maakte het verschil meermaals op de balkjes. In de eerste ronde stapte hij nog af, nadien koos hij voor de jump. “Ik had vooraf beslist om niet te springen omdat ze behoorlijk moeilijk lagen. Toen ik tijdens de cross toch besloot te springen, viel het nog wel mee. Eigenlijk had ik gewoon geen zin om af te stappen”, lachte de Nederlander. “Ook op die ene modderplek, waar ik twee jaar geleden als wereldkampioen mijn derailleur stuk reed, koos ik eerst voor lopen en later voor fietsen.”
